Afgelopen maandag heb ik in het Rijksmuseum de tentoonstelling Late Rembrandt bezocht. Het was er warm en druk, maar dat hoort er nou eenmaal bij als je naar een blockbuster-tentoonstelling gaat. Daar zal ik dus niet over klagen. Wel vervelend waren de fototoestellen die sommige bezoekers meegebracht hadden. Wat een helse apparaten! Flitsen is niet toegestaan (gelukkig!), maar veel van die toestellen produceren wel rood licht voordat er een foto gemaakt wordt. Misschien ben ik de enige, maar ik vind het bijzonder irritant als je naar een zelfportret van Rembrandt kijkt en er opeens een grote, rode vlek op het gezicht van de meester verschijnt. Net alsof je in een hoerenkast bent die beheerd wordt door een kunstminnende pooier. Bovendien zijn sommige van die kunst-paparazzi behoorlijk brutaal. Terwijl ik De staalmeesters bekeek, werd er op mijn schouders getikt. Een man van middelbare leeftijd vroeg of ik even aan de kant wilde omdat hij anders geen foto kon maken. Zuchtend willigde ik zijn verzoek in. Als zo’n man alleen geïnteresseerd is in foto’s van kunstwerken, dacht ik vertwijfeld, dan kan hij beter thuisblijven en de foto’s downloaden van de museumwebsite. Die zijn ook nog eens veel beter dan de slechtbelichte, wazige foto’s die hij zelf maakt.
Maar ondanks de fototoestellen toch genoten. Hoogtepunten van de tentoonstelling vond ik Titus als monnik en Lucretia (de Minneapolis-versie uit 1666 om precies te zijn; de Lucretia uit Washington is mij iets te histrionisch). Dit laatstgenoemde schilderij heeft de zelfmoord van Lucretia als onderwerp. Lucretia was een kuise Romeinse edelvrouw die een eind aan haar leven maakte nadat ze verkracht was door de zoon van de koning. Met wat Van Gogh Rembrandts “hartverscheurende tederheid” noemde, zien we Lucretia’s laatste momenten. In haar rechterhand houdt ze losjes een dolk. Het is duidelijk dat ze dit steekwapen net gebruikt heeft, want op haar witte gewaad is op buikhoogte een omineuze, rode vlek verschenen (dit keer niet van een digitale camera). Langzaam bloedt ze dood.
Volgens sommige overleveringen sprak Lucretia – vlak voordat ze stierf – de wens uit dat haar echtgenoot, Collatinus, haar dood zou wreken. (In The Rape of Lucretia verwoordt Shakespeare dit als volgt: “Yet die I will not till my Collatine / Have heard the cause of my untimely death; / That he may vow, in that sad hour of mine, / Revenge on him that made me stop my breath.”) In Rembrandts schilderij is echter geen wraakzuchtige furie afgebeeld; we zien in Lucretia’s bleke gezicht en ogen met ingehouden tranen alleen een eindeloze droefheid. Haar verdriet is zo mooi geschilderd dat ze een soort van universeel symbool wordt voor alle ellende die mensen elkaar tot op de dag van vandaag aandoen. Een prestatie die des te indrukwekkender wordt als je bedenkt dat Rembrandt dit doek in een dag geschilderd heeft volgens sommige kenners!
Wilde Rembrandt met dit schilderij iets zeggen over zijn eigen persoonlijke omstandigheden? Ik weet het niet. In biografieën wordt Rembrandt tijdens zijn laatste levensjaren vaak neergezet als een tragische, moegestreden man. Zijn late stijl was bijvoorbeeld weinig populair: Rembrandts bijna impressionistische penseelvoering werd gezien als slordig en zijn gebruik van clair-obscur vond men maar ouderwets. Onder andere hierdoor haalde hij minder opdrachten binnen. Zijn verminderde inkomsten leidden uiteindelijk in 1655 tot een faillissement waardoor hij zijn huis moest verkopen. (Geen fijne ervaring, maar ik betwijfel of hij dit zag als een groot drama. Als geld voor hem zo belangrijk was, dan had hij in zijn laatste jaren wel schilderijen gemaakt in een wat meer populaire stijl.) Daarnaast werd Rembrandts geliefde, Hendrickje Stoffels, in 1663 door de pest getroffen en stierf. Ongetwijfeld een groot verlies, maar het blijft onduidelijk in hoeverre deze gebeurtenis in zijn werk doorsijpelt. Misschien bleef hij ondanks alles een hoopvolle en optimistische Pollyanna. Hoe het ook zij, Lucretia is een absoluut hoogtepunt in het oeuvre van Rembrand. Stop je smartphone in je broek, leg je camera even weg en… kijk naar haar.