Volgens de krant van vandaag zijn er 2.000 Armeniërs vermoord in het Ottomaanse rijk. Korte voorgeschiedenis: Armeense christenen eisten meer rechten. Sultan Abdul Hamid, een nadrukkelijk onverlicht despoot, zag dat echter als een gevaar voor de eenheid van zijn voornamelijk Islamitische Ottomaanse rijk. Armeense christenen werden daarom onderdrukt en vermoord, waarna verschillende Europese landen boos gingen stampvoeten (deze periode van vervolging moet trouwens niet verward worden met de Armeense genocide die plaatsvond in 1915). De sultan beloofde vervolgens hervormingen die de Armeniërs moesten beschermen. Die belofte van de sultan is echter weinig waard, schampert de krant, want nu blijkt…
…dat er 2000 Armeniërs zijn vermoord. Slechts enkelen daarvan werden doodgeschoten, en dezen zijn nog gelukkig te prijzen, want het lot der overigen was veel gruwelijker. Handen, armen en beenen werden hun eerst afgehakt, en na een nameloos lijden werden zij met bijlslagen afgemaakt. In een wijk van 300 huizen bleven slechts tien mannen gespaard; van de 2000 Armenische huizen zijn er slechts een vijftigtal overgebleven. De overlevenden, in de weinige huizen opeengehoopt, komen om van honger en koude, en tot overmaat van ramp is de dysenterie onder hen uitgebroken. De gruwelen waren het werk van Turken, maar ook eenige Koerden namen er aan deel.
Overigens zijn sommige historici van mening dat deze nieuwe massaslachtingen voor een belangrijk deel het resultaat waren van de Europese interventiepogingen. De hervormingen die verlangd werden, versterkten namelijk de vrees van de Ottomanen dat de Armeniërs hun rijk – dat er sowieso weinig florissant voorstond – van binnenuit zouden opblazen. Het trieste gevolg hiervan was extremer geweld jegens de Armeniërs: precies het omgekeerde van wat de Europese landen wilden bereiken.